Europese retailers zijn een periode van "coöperatie" ingegaan - een mix van samenwerking en concurrentie binnen hun eigen branche door de krachten te bundelen op operationeel en infrastructureel vlak, en tegelijkertijd rivaliteit te behouden in klantgerichte domeinen zoals prijzen, branding en gebruikerservaring. Deze dynamiek is vooral zichtbaar in logistiek (gedeeld vrachtvervoer, micro-fulfillment hubs), datastandaarden (uniforme productschema's, reparatielabels), betalingen (gedeelde fraudetools, ID-frameworks), netwerken voor verkopervertrouwen (gemeenschappelijke screening, open criteria) en sectorbrede vaardigheidsontwikkeling (AI-vaardigheid, privacydtraining). Het doel is om redundantie te verminderen, kosten te verlagen en de toegang tot nieuwe markten te versnellen, terwijl het concurrentievoordeel behouden blijft dat elke retailer onderscheidt in de ogen van de consument. Vandaag de dag wint deze strategie aan momentum in heel Europa, gevormd door de evoluerende EU-mededingingsbeleid, digitale regelgeving en de zoektocht naar schaal in een gefragmenteerde, meertalige markt.
Waarom coöperatie in Europese retail versnelt
Coöperatie is niet nieuw, maar de huidige golf in Europa is structureel anders. Het EU-mededingingskader ondersteunt nu expliciet samenwerking die de markten versterkt - zonder over te gaan in prijsafspraken of marktverdeling - via drie pijlers: traditionele antitrustwetgeving, pro-competitief industrieel beleid en regelgeving om concurrentie in gemarginaliseerde sectoren na te bootsen. Retailers kunnen nu legaal middelen bundelen op neutrale, niet-onderscheidende lagen, op voorwaarde dat ze klantgerichte elementen hevig competitief houden. De Digital Markets Act (DMA) zet de sector verder in de richting van open, interoperabele ecosystemen door poortwachterplatforms te verplichten eerlijkheid, data toegang en non-discriminatie te garanderen. Deze regulatieve omgeving verlaagt het risico dat coöperatie als anti-competitief wordt ervaren, mits de samenwerking transparant is, openstaat voor nieuwe toetreders en is gericht op operationele "leidingen" in plaats van strategische differentiators.
Recent onderzoek in Ierland bevestigt bijvoorbeeld dat retail-mkb's in toenemende mate horizontale coöperatie toepassen - infrastructuur delen, beveiligingsdiensten en groepsinkoop - om concurrerend te blijven ten opzichte van grote e-commerce platforms. Hoewel weinig mkb's direct samenwerken met reuzen als Amazon, melden degenen die dat wel doen verbeterde toegang tot middelen, markten en technologie, wat de perceptie tegengaat dat kleine spelers door schaal worden verdreven. De studie benadrukt dat organisatorische capaciteit een belangrijke factor is voor succesvolle coöperatie: bedrijven met sterkere interne processen en governance zijn beter in staat om te profiteren van deze allianties[1]. Dit weerspiegelt bevindingen uit de Nederlandse retailsector, waar hyperconcurrentie heeft geleid tot zowel prijzenoorlogen als selectieve samenwerking, met name op gebieden als efficiënte consumentenrespons (ECR)-systemen en gedeelde loyaliteitsprogramma's[2]. De gemene deler is dat coöperatie het meest effectief is wanneer het pijnpunten aanpakt die kostbaar of inefficiënt zijn om alleen op te lossen, zonder de uniciteit aan te tasten die het merk van elke retailer definieert.
Impact op e-commerce infrastructuur en contentbewerkingen
De opkomst van coöperatie heeft directe, meetbare gevolgen voor hoe e-commerce platforms productdata, catalog content en de technische infrastructuur die online retail ondersteunt, beheren.
Product feeds en catalog standaarden
Een van de meest tastbare voordelen is de opkomst van gedeelde, open productdatastandaarden. Wanneer concurrerende retailers het eens worden over een gemeenschappelijk schema voor attributen zoals maat, materiaal, oorsprong, duurzaamheidscriteria en repareerbaarheid, kunnen leveranciers zich één keer conformeren en overal distribueren. Dit vermindert de wrijving bij het onboarden van leveranciers, vermindert fouten en versnelt de time-to-market voor nieuwe producten. In de mode bijvoorbeeld hebben Europese consortia attribuutframes ontwikkeld die elk merk kan overnemen, waardoor product feeds consistent, machinaal leesbaar en rijk genoeg zijn voor geavanceerde zoek- en aanbevelingsengines. Voor e-commerceteams betekent dit minder tijd besteden aan data wrangling en validatie en meer middelen beschikbaar voor differentiatie elders - zoals op maat gemaakte productverhalen, gelokaliseerde marketing, of exclusieve drops.
Kwaliteit en volledigheid van productcards
Gestandaardiseerde data feeds leiden tot productcards van hogere kwaliteit en completere kwaliteit. Wanneer retailers samenwerken aan kernattributen, stemmen ze ook de eisen op verplichte velden, validatieregels en verrijkingspraktijken op elkaar af. Dit verhoogt de basis voor productinformatie over de markt, waardoor het risico op onvolledige of onnauwkeurige aanbiedingen wordt verminderd. Voor contentbewerkingen vertaalt dit zich in minder handmatige interventies, lagere retourpercentages (omdat klanten krijgen wat ze verwachten) en verbeterd vertrouwen in markt ecosytemen. Het effect is bijzonder sterk voor mkb's, die vaak niet over de middelen beschikken om zelf de beste productcontent te onderhouden.
Snelheid van assortiment rollout
Coöperatie versnelt de snelheid waarmee nieuwe producten en categorieën kunnen worden geïntroduceerd. Gedeelde logistieke netwerken stellen retailers bijvoorbeeld in staat om nieuwe markten te testen met lagere initiële investeringen en risico's. Evenzo betekent geünificeerde onboarding checks voor verkopers dat nieuwe leveranciers tegelijkertijd over meerdere platforms kunnen worden geactiveerd, waardoor de administratieve last en de tijdsvertraging afnemen. Dit is cruciaal in een sector waar als eerste op de markt zijn met trending producten het seizoen kan maken of breken. Voor contentteams betekent snelle onboarding ook frequentere updates van feeds en catalogs, waarvoor flexibele processen en tools nodig zijn om gelijke tred te houden.
Adoptie van No-Code en AI
De drang naar gedeelde, gestandaardiseerde infrastructuur is een katalysator voor no-code en AI-adoptie. Wanneer dataformaten en API's consistent zijn, wordt het gemakkelijker om automatiseringstools te bouwen en te implementeren - zoals AI-gestuurde product-tagging, dynamische prijsengines of geautomatiseerde compliance checks - zonder dure, aangepaste integraties. No-code platforms gedijen in omgevingen waar de onderliggende data en processen zijn geharmoniseerd, waardoor niet-technische teams snel productervaringen kunnen creëren en optimaliseren. Evenzo leveren AI-modellen die zijn getraind op gestandaardiseerde datasets van hoge kwaliteit betere resultaten, of het nu gaat om gepersonaliseerde aanbevelingen, fraudedetectie of duurzaamheidsscores. Coöperatie verlaagt daarom niet alleen de kosten van innovatie, maar vergroot ook de toegankelijkheid ervan voor kleinere spelers.
Patronen, valkuilen en beleidsbewaking
Europese coöperatie-initiatieven volgen herkenbare patronen. De meest effectieve zijn transparant, open voor nieuwe toetreders en gericht op neutrale operationele lagen. Voorbeelden zijn open productdataconsortia, gedeelde last-mile logistiek en sectorbrede bijscholingsprogramma's. Deze projecten publiceren doorgaans documentatie, gebruiken onafhankelijke operators en meten operationele winsten - zoals kostenbesparingen, snellere onboarding of minder uitstoot.
Niet alle samenwerkingen zijn echter onschuldig. Rode vlaggen zijn onder andere: gesloten lidmaatschap, ondoorzichtige besluitvorming en discussies die afdwalen naar prijsstelling of marktverdeling. De grens tussen gezonde coöperatie en anti-competitief gedrag wordt bewaakt door het EU-mededingingsrecht, dat streng blijft voor kartels, misbruik van marktmacht en uitsluitingspraktijken. De DMA voegt nog een laag toe aan de controle van digitale ecosystemen en vereist interoperabiliteit, eerlijke toegang en non-discriminatie. Retailers die coöperatie-deals ontwerpen, moeten vroegtijdig mededingingsadviseurs inschakelen, een duidelijke governance vaststellen en prioriteit geven aan openheid om juridische gevolgen te voorkomen.
Strategische implicaties voor content en commerce
Voor e-commerce en contentteams is de boodschap duidelijk: de toekomst van de Europese retail zal worden gevormd door selectieve samenwerking op het gebied van infrastructuur, data en vaardigheden - en tegelijkertijd concurrentie behouden waar het het belangrijkst is voor klanten. Deze gesplitste aanpak - samenwerking aan de back-end, concurrentie aan de front-end - vereist nieuwe organisatorische capaciteiten, met name op het gebied van datagovernance, API-beheer en cross-company projectleiderschap.
Contentbewerkingen moeten zich aanpassen aan een wereld waarin productinformatie steeds meer gestandaardiseerd en machinaal leesbaar is. Dit verschuift de focus van basale datavolledigheid naar taken met een hogere waarde, zoals storytelling, lokalisatie en ervaringsgerichte commerce. IT- en productteams moeten ondertussen investeren in modulaire architecturen die kunnen worden aangesloten op gedeelde services zonder lock-in te creëren of gevoelige differentiatoren bloot te leggen.
Tot slot onderstreept de opkomst van coöperatie het belang van het meten van wat belangrijk is. Operationele metrieken - zoals time-to-onboard, cost-per-parcel of retourpercentage - worden cruciale benchmarks voor het evalueren van het succes van samenwerkingsinitiatieven. Deze metrieken leveren ook tastbaar bewijs aan toezichthouders en belanghebbenden dat coöperatie echte efficiëntie en marktgroei stimuleert en niet alleen de zittende bedrijven versterkt.
Conclusie
De Europese retail bevindt zich op een kantelpunt. Coöperatie is niet langer een theoretisch concept, maar een praktische strategie om schaal, wendbaarheid en veerkracht te bereiken in een digitale, grensoverschrijdende markt. Door samen te werken op neutrale lagen - logistiek, datastandaarden, compliance en vaardigheden - kunnen retailers de kosten verlagen, innovatie versnellen en betere ervaringen aan shoppers bieden. Tegelijkertijd moeten ze waakzaam zijn voor anti-competitieve valkuilen en ervoor zorgen dat hun allianties transparant, open en in overeenstemming zijn met het evoluerende EU-beleid.
Voor e-commerce en contentprofessionals betekent dit het omarmen van gestandaardiseerde data, modulaire tech stacks en cross-company governance. De beloning is een dynamischer, efficiënter en klantgerichter retail-ecosysteem - een ecosysteem waar samenwerking en concurrentie naast elkaar bestaan, die elk hun rol spelen in het vormgeven van de toekomst van de Europese commerce.
Key sources:
Coopetition strategies: adoption and effectiveness in retail sector, Dublin, 2024[1]
What are current coopetition practices in the Dutch retail industry, University of Twente[2]
In light of European retail's movement toward data standardization, NotPIM recognizes the growing importance of robust product information management. As retailers invest in collaboration and shared data infrastructures, the need for centralizing, transforming, and enriching product data across multiple channels and formats becomes critical. NotPIM enables businesses to streamline this process through automated data feed management, powerful product content enrichment, and seamless integrations, contributing to the success of coopetition efforts by ensuring data quality and compatibility across the ecosystem.